Overslaan en naar de inhoud gaan
ijsselid-logo
Menu
Terug naar de zoekpagina
10-10-2013 Artikel

Streekmarkt 650 jaar Kampereiland

'650 Jaar Stad & Land' wordt een veelzijdig evenement dat plaatsvindt op en rond de Botermarkt in Kampen. Deze locatie is bewust gekozen om te herinneren aan de economische historie. Hier werd namelijk de boter verhandeld welke door de melkveehouders van Kampereiland naar de stad werd gebracht. 'Het brengen van het product' symboliseren we om 9.45 uur met een feestelijke optocht van moderne en klassieke landbouwvoertuigen vanaf Seveningen, over de Stadsbrug richting het oude Stadhuis. Hier zullen de Kampereilander ondernemers worden ontvangen door een delegatie van het stadsbestuur.

Aansluitend is voor het eerst een streekmarkt georganiseerd op de botermarkt. Hieraan nemen de kersverse food-aanbieders van streekmerk IJsseldelta deel en toprestaurant de Bottermarck verwerkt de producten via een kookdemonstratie tot een hedendaagse Kampereilander Kaart. Momenteel zullen in de tenten op de Botermarkt tenminste 10 kramen een plek krijgen.

Daarnaast exposeert kunstenaar Henrie Vogel zijn werk en kunnen ouders en kinderen knutselen in de stand van knutselschuur 't Eiland. Tot slot krijgt de cultuurhistorische tentoonstelling Kampereiland zijn primeur in de Broederkerk. Deze expositie toont en verklaart de hedendaagse bewijzen in het landschap van de economische en geologische ontwikkeling van het Kampereiland, met het water als belangrijkste vriend en vijand.eco

Projectbeschrijving
De organisatie van een Streekmarkt op de Botermarkt in Kampen als een van de activiteiten bij gelegenheid van het 650 jarig bestaan van Kampereiland. Daarnaast nog een 'Eilanddag' en een tentoonstelling over Kampereiland.

Landschapsbiografie
Op basis van een gesprek met Henk Meuleman

Kampereiland is bezit van de stad Kampen. Alle gronden zijn eigendom van de stad en worden in pacht uitgegeven aan boeren. De boerderijen zijn er vanaf 650 jaar terug gesticht vanuit de stad (particulier) later overgenomen door de stad en de laatste tientallen jaren weer in eigendom aan de boeren gekomen. Het beheer van het gebied is in handen van Stadserven waaronder twee NV's ressorteren Beheer en Vastgoed.

De relatie Kampereiland en stad is altijd een bijzondere geweest. In de loop van 6 eeuwen zijn ongeveer honderd erven gesticht op Kampereiland. Later zijn er nog zo'n 50 bijgeplaatst. Dat waren vooral de stadsboeren (koeboeren itt de eilandboeren) die niet meer in de stad pasten.

Ook voor Kampereiland was de periode rond 1900 een belangrijk omslagpunt, want vanaf die tijd moderniseerde de landbouw door de invoering van kunstmest, cooperaties, opleiding en voorlichting etc. Een tweede belangrijke versnelling vond plaats in de periode na de tweede wereldoorlog en m.n. de jaren 50-60 waarin de overschotten aan melk en boter ontstonden. De landbouwintensivering.

Voor 1900 exporteerde Kampereiland vooral twee producten: hooi en boter

Kampereiland was toen nog overstromingsgevoelig. Tot de afsluiting van het IJsselmeer in 1932 brachten de overstromingen ziltig slib op het land, de basis voor een hooi met een bijzondere smaak. Kampereiland hooi was zeer gewild bij het leger, van Gent & Loos en de koninklijke stallen.

De eerste snee was na de langste dag. Per jaar waren twee sneden in ieder geval mogelijk, soms een derde.

Het werd door commissionairs opgekocht (van 't Oever, Bruins, Weerts) en vanuit de polder naar de kade aan de IJssel getransporteerd. Daar gewogen en afgerekend. Het hooi was zo profijtelijk dat er op enig moment door de verpachter verplicht werd dat er ook nog vee gehouden moest worden.

Omdat melk niet houdbaar was en er een goede markt voor boter was, werd de melk tot boter verwerkt en op maandag (afhankelijk van het seizoen) aangeboden op de Botermarkt in Kampen. Daar werd de boter voor 90 % opgekocht door handelaren en vooral verscheept naar Engeland, de botermarkt voor die tijd. De boeren/boerinnen van Kampereiland voerden elk afzonderlijk hun producten aan die naast boter ook bestonden uit eieren, fruit en anderen kleine producten van de boerderij. Maandag was ook de dag dat de mensen van Kampereiland zelf hun inkopen in de stad deden, bij Westerveld en Gunning.

Vanaf rond 1900 komt er in het systeem verandering. De zuivelfabrieken kwamen op. In de streek werden er 10 gesticht waarvan er 8 cooperatief en 2 particulier (oa de 'Blokmelk', waar ook chocolade werd gemaakt). De boter kwam dus niet meer op de markt in Kampen.

De hooi-economie komt geheel te vervallen als de Afsluitdijk dicht is en de overstromingen niet meer optreden. Dan verdwijnen ook de (40) molentje die tot die tijd voor de afwatering zorgen.

Huidige betekenis
De Botermarkt was dus iets geheel anders dan de productmarkt of weekmarkt die we nu kennen. Je zou je die eerder moeten voorstellen als een Waag, een plek waar een product werd aangevoerd, gewogen, prijs bepaald en verscheept. Dat gebeurde door een beperkt aantal handelaren. Of het een grote rol speelde in de relatie stad en land is de vraag.

De stad profiteerde van de handel door accijnzen, transportaanbod en het feit dat de ommelanders in de stad hun inkopen deden. Het profijt van de boeren bestond er uit dat er een markt was waar de producten, de boter. naar toe kon. Eigenlijk een erg ongelijke en afhankelijke situatie.
Een consumenten-, goederenmarkt is een heel ander verhaal.

Gegevens
Stadserven/Vereniging Streekbelangen bij gelegenheid van 650 jarig bestaan Kampereiland
contactpersoon Pascal Jacobs
Bijdragen oa van Stadserven
Bijdrage IJssel ID EU 3.880

Achtergrondinformatie
'Omarmd door IJssel en Zwartewater'