Overslaan en naar de inhoud gaan
ijsselid-logo
Menu
Terug naar de zoekpagina
30-04-2014 Artikel

Kozakken in de IJsselvallei

Tweehonderd jaar geleden bevrijdden Kozakken Nederland. De IJsselstreek, met name rond Deventer, was een belangrijk speelveld. Ook toen al - dus niet alleen op de Krim of gedurende de Tweede Wereldoorlog - waren de Kozakken een volk met een volstrekt eigen identiteit. Hun loyaliteit is uiteindelijk groot maar het was nooit vooraf duidelijk aan wie of aan welke zaak de Kozakken loyaal zouden zijn.

De reputatie die de Kozakken hadden en die in de loop van geschiedenis alleen nog een graatje erger werd, loog er niet om: "Eenmaal in het brave Nederland stonden ze al gauw bekend als liederlijke, twee uur in de wind stinkende halve wilden. Zuipschuiten waren het, rokkenjagers, veelvraten en vechtmachines." Alleen al de aanblik van de woest uitziende mannen te paard was, naar verluidt, voor de vijand vaak aanleiding om de strijd niet aan te gaan. Lansen, speren en knotsen waren de belangrijkste wapens. Ze waren diepgodsdienstig.

Als je alle historische overdrijving eraf haalt dan zijn de Kozakken, zo zegt Anne Aalders "[...] in de eerste plaats goed getrainde en moedige soldaten die op hun snelle paardjes opeens konden opduiken achter vijandelijke linies om paniek en verderf te zaaien. Daarna vertrokken ze weer even snel als ze waren gekomen. Door dit soort moraal ondermijnende speldenprikken uit te delen waren ze voor de 'geregelde' Russische troepen van grote waarde. Kozakken waren dus zelfstandige eenheden, een 'snelle interventiemacht' avant-le-mot, die zich zonder veel logistieke organisatie over grote afstanden konden verplaatsen, omdat ze ter plekke proviand organiseerden voor zichzelf en de paarden die ze bereden.

In 1813, nadat de Franse legers waren verslagen in het Oosten, stuurde de Russische keizer de Kozakken naar het westen om de Fransen uiteindelijk tot Parijs na te jagen. Ter hoogte van Nordhorn verzamelden ze zich om door te steken naar het westen. Bij Deventer bood het Franse garnizoen weerstand. Het trok zich terug in de stad, die daarna een half jaar lang werd belegerd door een deel van het Kozakkenleger. "De stad werd op 12 november omsingeld om te voorkomen dat de daar aanwezige Fransen in de rug zouden aanvallen. De Kozakken sloegen hun bivakken op in omringende dorpen als Epse, Harfsen, Gorssel, Almen en Oxe. De bevolking moest de soldaten geruime tijd voeden en laven en hen tevens voorzien van stro, takkenbossen, hooi en haver. Op 26 april 1814 was het beleg van Deventer afgelopen. De Franse troepen kregen een vrijgeleide en konden met wapens en al naar hun vaderland terugkeren."

De Kozakken die niet in Deventer bleven, trokken door en gingen in het najaar van 1813 op meerdere plaatsen de IJssel over. Zoals bij het Katerveer in Zwolle. "De meeste moeite om de IJssel over te steken hadden de Kozakken bij Wijhe. Op een smal punt in de rivier werd een schipbrug aangelegd van ruim twintig beurtschepen, waar de Kozakken met paard en al overheen konden marcheren. Om ze niet weg te laten glijden werden tussen de schepen takkenbossen gelegd. De burgemeester werd onder druk gezet om de (dek)schepen te confisqueren. De plek waar de brug de Veessense kant van de rivier bereikte heet nog steeds de 'kozakkenkrib'. In Wijhe bivakkeerden toen liefst driehonderd Kozakken, van wie velen tot Kerstmis bleven. Nadat de brug op 26 november gereed was, werd Wijhe een doorgangsbivak waar soldaten een paar dagen konden uitrusten."

Kozakken waren in feite de bevrijders van Nederland van het de Franse overheersing. Daarna kon Willem I aan land komen en het Koninkrijk der Nederlanden vestigen. Het is vreemd dat er aan de geschiedenis van deze bevrijders van Nederland zo weinig meer herinnert. Doordat de Russische soldaten zich vooral in het Noorden en Oosten van Nederland hebben opgehouden - en dat waren toen al niet de belangrijkste delen van het land - is, volgens Aalders, de bevrijding door de Kozakken geen onderdeel geworden van de nationale geschiedenis. Er zullen ongetwijfeld afstammelingen van Kozakken in de plaatsen langs de IJssel rondlopen. Of het zo ver gaat dat de aard van de bewoners van de Hoven waar de Kozakken voor de belegering van Deventer hun kampement hadden - eigenzinnig en onafhankelijk zoals wel wordt beweerd -, mede gevormd is door de voortplantingsactiviteiten van de Kozakken is een onwaarschijnlijke verklaring. De tuinderijen en koolhoven hebben waarschijnlijk eerder de bijzondere volksaard (als die al bestaat) bepaald.

Er zijn her en der straten en plekken genoemd naar de Kozakken (bijvoorbeeld de Kozakkenbult in Epse), de Kozakkenhank in Veessen, etc. De Kozakkenlindes die in de IJsselstreek voorkomen, hebben deze naam omdat het om bomen gaat die uit uitkijkpost fungeerden, zoals het geval was bij de Kozakkenlinde - of is het een es? - net buiten Deventer, langs de weg naar Olst, die uitzicht bood op het omsingelde Deventer.

Misschien is wel de grootste postume eer die de Kozakken ten deel valt, het feit dat de herdenking van 200 jaar bevrijding van Deventer door de Kozakken samenviel met de viering van de eerste Koningsdag op 26 april 2014. In Deventer werd die dag de Kozakkendag gehouden met een muziektheaterstuk van Gajus op de Worp, de plek waar 200 jaar eerder de Kozakken bivakkeerden. "Het Kozakkenkoor verschijnt met tromgeroffel ten tonele, de paarden en hun ruiters komen op. Het koor zingt de walsende liederen begeleid door Beerda. Op het einde stapt regisseur Busschers op stelten en in een schip (Willem I voorstellende) het veld op voor de slotscene en vraagt het publiek het Wilhelmus mee te zingen."

Bronnen:
http://www.kozakkendorp.nl/historie/kozakken
Anne Aalders: 'Met gevelde lans en losse teugel'; Kozakken in Nederland 1813-1814.
http://destentor.nl/regio/deventer/kozakken-200-jaar-na-dato-terug-in-de...